Mijn eerste wedstrijd
23 april 2017 | Wanda
Mijn eerste triathlon.
Nog vol van mijn eerste stap. Het lid worden van de TVD, ga ik met mijn vriendin Linda naar de Triathlonbeurs in Utrecht. Nogal onder de indruk van alle serieuze sportieve mensen loop ik hier rond. Linda zo melig als een appel, is uit pure nieuwsgierigheid en om heel even te ontsnappen van haar superlieve ongeleide projectielen thuis, met mij meegegaan. Ze haalt mij over om mee te doen aan een wedstrijd daar op de hometrainer.
Stomverbaasd ben ik wanneer ik een startnummer win voor de Mirandabad Triathlon. Het lijkt mij handig om met 1/8ste te beginnen. Ik heb nog ruim tijd denk ik. Dat valt tegen.
Een paar weken terug realiseer ik mijzelf, dat ik niet eens weet hoe ik een fietsendrager achterop mijn auto plaats. De stress is begonnen. Eerst maar proberen. Het lukt, stap één.
Laura helpt mij met de voorbereiding. Ik had niet dankbaarder kunnen zijn. Een fiets aanschaffen, de helm die ik heb, daar zit een hap in. Nieuw aanschaffen maar, bril erbij. Ik heb in de tussentijd mijn man ook enthousiast gekregen met het fietsen. Eén nadeel. Edwin houdt van mountainbiken. Daar zit ik nu dus ook aan vast en daar ben ik zo bang voor. Maar goed samen sporten, is toch ook wel heel erg tof. Dan de weersvoorspellingen. Niet zo warm, een wetsuit aanschaffen dan maar. Wat een straf. Vol trots gooi ik alles op facebook. Mijn vrienden zien mij aan voor malle Pietje. Wat haalt zij zich nu allemaal weer op de hals. Iedereen leeft mee. Wendy een racende vriendin van mij geeft mij haar oude wielrenkleren. Een helm, die mij enorm doet denken aan Urbanus. Ik vind het allemaal geweldig.
Dan is het zover, de afvinklijn zit in de tas. De fietsendrager en fiets op de wagen. De Mio aan. Helaas dat was geen succes. Edwin had de MIO afgesteld op toeristische route met pondje. Ik had tijd zat, alleen bij het pondje in Bleskensgraaf kom ik erachter dat ik niet kan pinnen. Ik krijg het kreng niet op snelwegen gezet en blokkeer tussen mijn oren. Daar gaan mijn trotse feministische gevoelens. Dan maar google maps op mijn telefoon. Zo gezegd zo gedaan. Ik arriveer in Amsterdam. Ik kom meteen Irvin tegen en Laura, Marianne Diantha met haar familie. Zij hebben de race al achter de rug. Wietsze is op dat moment bezig. Ik kleed mijzelf om en loop met Laura naar het veldje met de fiets. Laura legt mij alles uit en ik kalmeer.
Het groepje waar ik mee start bestaat uit een groep meiden die elkaar al kennen. De dame die bij mij in de baan zwemt spreekt mij meteen met een brede lach aan. Deze meiden misgunnen elkaar niets. Dat blijkt wanneer ik bij het fietsen tot twee keer toe goede adviezen krijg van een mede speler. Het water is enorm koud. Normaal haal ik om de vier slagen adem. Ik zie het nu niet zitten. Het begint met een beetje paniek. Het water is echt koud. Om tot rust tussen mijn oren te komen adem ik om de slag. Ik gun mijzelf een seconde adempauze aan de kant. Hoort niet, ik weet het, maar het kan geen kwaad en de zenuwen verdwijnen. Al met al gaat het zwemmen soepel. Ik probeer te denken,” ah, de kou verdwijnt al. Aan de kant supporten ze mij superlief.
Uit het water, wetsuit uit, jasje aan. Denk aan de helm, dichtklikken doe dat maar als eerste, kan je het niet vergeten ook. Bril over de koortjes, anders is het gevaarlijk. Lopen tot aan de balk, ik doe mijn best om niets te vergeten. Wat die twaalf meter afstand betreft. Daar hoef ik mijzelf echt geen zorgen om te maken. Geen medespeler te zien.
Na vier rondjes afstappen voor de balk. Lopen naar het rek, jasje uit, hardlopen toch liever zonder jas, had het inmiddels al warm zat. Nog twee rondjes. Aan de kant leven ze echt mee. Laura en Irvin nemen steeds foto’s. Hun aanwezigheid doet mij echt goed. Ik voel mijzelf zo ongelooflijk stoer. Dat ik dit echt aan het doen ben. Dan de finish, nog een klein stukje dat op een eindsprint lijkt. De medespelers wachten gezellig aan de kant. Zitten lekker op stoelen te keuvelen. De sfeer is echt gemoedelijk. Sinaasappeltje erbij. Wat water en een wat later ongelooflijk lekker smaakt flesje chocolademelk. Ik geniet er met volle teugen van.
Deze dag smaakt ongelooflijk naar meer.
Echt genoten.